Ratten vertonen gewelddadig gedrag als hun omgeving overbevolkt geraakt. Dat blijkt uit meerdere experimenten. Daarbij is er ook sprake van een soort ziekelijk (pathologisch) aan elkaar klitten, wat alle andere normale gedragspatronen ontregelt, zoals het paren, nesten bouwen en voor de jongen zorgen. In bepaalde experimenten was er een ‘kindersterfte’ tot 96%.
Overigens is bekend dat niet alleen ratten maatregelen nemen om hun populatie in te dijken, als dat nodig is. Ook andere soorten nemen soms ingrijpende maatregelen. Het meest dramatische voorbeeld is dat van walvissen die collectief zelfmoord plegen.
Ook bij de mens kan groeiende frustratie vanwege te dicht op elkaar zitten zich uiten in onderlinge agressie. En dit zal alleen maar erger worden, want in de laatste halve eeuw is de wereldbevolking gewoonweg verdubbeld en deze groei is exponentieel … Moeten we ons niet dringend over dit “probleem” gaan buigen en naar oplossingen zoeken? De oppervlakte van onze aarde is begrensd en de energie- en voedselvoorraden zijn niet onbeperkt.
Gelukkig heeft de mens, in tegenstelling tot het dier, het vermogen om over zichzelf na te denken. Doordat de mens kan redeneren, is hij in staat tot planmatig handelen. De mens heeft als soort zijn levenskansen enorm vergroot (voedselvoorziening, geneeskunde enz.) en hij heeft zich ook minder afhankelijk gemaakt van zijn directe omgeving. Waar lokaal onvoldoende of te weinig gevarieerde voedselvoorziening voorhanden is, laten we voedsel uit het buitenland overkomen. In het dierenrijk is zoiets ondenkbaar.
Bij de aanwezigheid van (te) veel mensen is er ook de noodzaak om het onderlinge contact te reguleren, in ons land gebeurt dat door een democratisch bestel. Maar regulering doet per definitie afbreuk aan de beslissingsvrijheid (autonomie) van het individu. Het effect kan positief van aard zijn, maar ook negatief. In het laatste geval treedt er vervreemding op: de mens herkent zijn omgeving niet langer als iets van hemzelf. De behartiging van de belangen van een massa verschillende mensen is ook een complexe zaak. Mensen herkennen zich niet in de besluitvorming van het politieke bestel of voelen zich er niet bij betrokken. Ook dit heeft vervreemding tot gevolg.
Het gevolg: frustratie en stress. Er zijn mensen die zich kunnen ontspannen in de natuur, door meditatie, fitness, sport of lezen. Anderen zijn depressief, angstig, krijgen allerlei lichamelijke klachten of bestrijden hun overgeprikkeld zijn door te grijpen naar alcohol of andere al dan niet verslavende middelen. Er zijn ook mensen die de extra stress nóg negatiever verwerken: zij reageren zich af door verbaal en fysiek geweld of komen in de criminaliteit terecht.
Mensen hebben ruimte nodig om fysiek en psychisch te kunnen overleven. De grenzen van die ruimte zijn moeilijk af te bakenen, vooral als het gaat om de kwaliteit van ons bestaan. Wie zal de kritische hoeveelheid mensen op een beperkt oppervlak bepalen? En vooral: wie zal deze grenzen aanvaarden en/of bewaken? Een heel delicate materie!
Mensen komen immers pas in actie als ze zich bedreigd voelen in de bevrediging van hun basisbehoeftes (piramide van Maslow). Daarom is het wenselijk om niet alleen voor ogen te houden dat het nu en in de toekomst minder goed gaat met de voedselvoorziening en dat de behoefte aan zuivere lucht en water in het gedrang komt. Maar eveneens dat onze veiligheid en de bestaanszekerheid van onze soort op het spel staan.
Waar wij tekortschieten als mens, worden we wel eens door de natuurwetten gecorrigeerd.
Rings a bell?